Jean-Paul Brun is een stille. Zijn wijnen echter maken de tongen los. Heerlijk, zulke mooie Beaujolaiswijnen maakt hij. Het aardbeienfruit en de ‘puurheid’ spat er van af. Welke reclame kan hij beter hebben dan dat menig ‘sterrenrestaurant’ zijn wijnen op de kaart heeft staan, zoals Pierre Troisgros in Roanne en Lucas Carton in Parijs. Brun streeft in zijn wijnen naar de zuivere expressie van de Gamay-druif en de bodem. Bovendien zijn de wijnen van Brun zeer verteerbaar.
De Gamay is een ‘breekbare’ druif. Het is een druif die vraagt om een wijnboer die zeer contentieus ~ gepassioneerd ~ werkt en lage rendementen wil maken. Anders krijg je nietszeggende ‘druivensapjes’, zoete limonades. Jean-Paul is zo’n gepassioneerde wijnboer: hij werkt heel gedreven en betrouwbaar. Hier geen 'maceration-carbonique'. Brun werkt zoals in de Bourgogne: gedeeltelijke ontstelen, kneuzen en regelmatige pigeage (het breken van de koek). Hij gebruikt de druif-eigen gisten, ‘chaptaliseert’ alleen strikt noodzakelijk, en ook niet bij alle wijnen, en gebruikt een minimum aan zwavel. Alleen bij het bottelen. In de wijngaard is hij biologisch aan het werk.
Het domein beslaat 22 ha (17 ha Gamay, 3 ha Chardonnay en 2 ha Pinot Noir) en ligt in de ‘Pièrres Dorées’, in de zuid Beaujolais, in Charnay-en Beaujolais, net onder Villefranche en net boven Lyon. J.Paul bezit geen wijngaarden in de noordelijke Beaujolais, het gebied van de grand cru’s. Toch maakt hij wel een aantal grand cru’s, zoals een Moulin à Vent, een Fleurie, een Morgon en een Côte de Brouilly. Allemaal niet te versmaden. De druiven hiervoor koopt hij in bij betrouwbare wijnboeren die werken volgens zijn standaard. De wijn maakt hij zelf ~ volgens zijn eigen principes ~ op zijn eigen domein in Charnay.